Financiën

Toestand op balansdatum en resultaten

(bedragen x € 1.000)

Activa

2024

2023

Materiële vaste activa

381.573

361.540

Financiële vaste activa

262

262

Totaal vaste activa

381.835

361.802

Voorraden

1.420

1.489

Vorderingen

10.114

9.487

Liquide middelen

6.007

11

Totaal vlottende activa

17.541

10.987

Toaal activa

399.376

372.789

Passiva

Eigen vermogen

136.041

128.149

Voorzieningen

9

26

Langlopende schulden

229.428

216.087

Kortlopende schulden

33.898

28.527

Totaal passiva

399.376

372.789

2024

2023

2022

2021

Investeringen

37.707

36.754

54.560

32.612

Afschrijvingen

17.674

15.070

14.702

14.608

Toelichting op de activa

Materiële vaste activa

De totale investeringen in 2024 bedragen € 37,7 miljoen ten opzichte van € 36,7 miljoen in 2023. In 2024 hebben afrondende werkzaamheden plaatsgevonden voor de nieuwbouw van zuiveringsstation Kamerik. In november is het nieuwe zuiveringsstation officieel in gebruik genomen.

Vorderingen

Voornaamste reden voor de toename van het saldo is de stijging van de drinkwatertarieven. Dit zorgt voor een hoger openstaand debiteurensaldo einde jaar in vergelijking met voorgaand jaar.

Toelichting op de passiva

Eigen vermogen

Door toevoeging van het resultaat 2024 stijgt het eigen vermogen. Het eigen vermogen uitgedrukt in een percentage van het balanstotaal daalt met 0,3% voornamelijk door de toename van het balanstotaal als gevolg van de toename van de materiële vaste activa.

Langlopende schulden

In 2024 zijn twee leningen aangetrokken van in totaal € 23 miljoen. Er is € 6 miljoen afgelost op bestaande leningen. De totale leningenportefeuille bedraagt eind 2024 € 228 miljoen, waarvan € 13 miljoen kortlopend.

Vanuit financiële conventanten met geldverstrekkers dient de solvabiliteit minimaal 30% te zijn, de ICR minimaal 1,5 en de Net Debt ratio mag maximaal 8,5 bedragen. Oasen voldoet aan alle eisen in 2024.

Onder de langlopende schulden wordt ook de bijdrage van derden met betrekking tot de aanleg van aansluitleidingen verantwoord. De jaarlijkse amortisatie wordt verantwoord onder de overige netto omzet. Op de balans is € 15 miljoen verantwoord als bijdrage derden, waarvan € 0,6 miljoen kortlopend is.

Kortlopende schulden

De stijging van € 5,4 miljoen komt grotendeels door toename van de aflossingsverplichting. Dit betreft de af te lossen leningen in 2025.

Winst- en verliesrekening

(bedragen x € 1.000)

2024

2023

Bedrijfsopbrengsten

Netto-omzet waterlevering

87.413

97%

79.133

97%

Overige netto-omzet

2.959

3%

2.462

3%

Som der bedrijfsopbrengsten

90.372

100%

81.595

100%

Bedrijfslasten

Inkoop water

7.024

8%

6.687

8%

Personeelskosten

20.003

22%

18.774

23%

Overige bedrijfskosten

32.459

36%

34.062

42%

Afschrijvingen

17.674

20%

15.070

18%

Som der bedrijfslasten

77.160

86%

74.593

91%

Bedrijfsresultaat

13.212

14%

7.002

9%

Financiële lasten en baten

-5.297

-6%

-4.453

-5%

Resultaat voor belastingen

7.915

8%

2.549

4%

Vennootschapsbelasting

23

0%

-

0%

Resultaat na belastingen

7.892

8%

2.549

4%

Netto-omzet waterlevering

Het drinkwatertarief is gestegen van € 0,97 per m³ in 2023 naar € 1,064 per m³ in 2024. Daarnaast is het vastrecht tarief gestegen van € 76,75 in 2023 naar € 85,20 in 2024. De stijging van de tarieven zorgt hoofdzakelijk voor de toename in de omzet.

Overige netto-omzet

Voornaamste oorzaak voor de stijging is de toename van de vrijval egalisatierekening bijdragen derden (+ € 0,2 miljoen). De bijdrage van klanten in de aanleg van aansluitleidingen valt in 25 jaar vrij in de overige netto-omzet. Het restant van de stijging ad € 0,3 miljoen wordt veroorzaakt door toename van administratievergoedingen en  incidentele opbrengsten.

Inkoop water

Er is minder water ingekocht, echter wel tegen een hoger tarief dan in 2023.

Personeelskosten

De toename in de personeelskosten is een gevolg van een toename in het gemiddeld aantal fte (+ 10,2), cao stijgingen en periodieke verhogingen. Deze zaken zorgen voor een toename van € 1,8 miljoen. Daar tegenover staat dat de te activeren uren € 0,6 miljoen hoger uitvallen, wat weer voor een vermindering in de personeelskosten zorgt.

Overige bedrijfskosten

De totale kosten zijn met € 1,6 miljoen gedaald ten opzichte van 2023.

De grootste afwijkingen zijn:

  • Energie: een daling van € 1,6 miljoen door lagere tarieven.

  • Belastingen en heffingen: een stijging van € 0,6 miljoen door hogere heffingen o.a. lozingsheffingen.

  • Onderhoud leidingen: een daling van € 0,3 miljoen doordat er meer is ingezet op vervangen van leidingen wat leidt tot investeringen.

  • Overige kosten locaties: een daling van € 0,6 miljoen. Voornamelijk door minder meerjarige onderzoekssamenwerkingen. Tevens worden vanaf 2024 een aantal kosten anders gepresenteerd danwel waren incidenteel in 2023.

  • ICT kosten: een stijging van € 0,9 miljoen voornamelijk door incidentele lagere kosten in 2023 voor software licenties (€ 0,5 miljoen) en door toename externe ondersteuning op ICT-vlak.

  • Overige algemene kosten: een daling van € 0,6 miljoen doordat er in 2023 verschillende incidentele kosten zaten.

Afschrijvingen

De afschrijvingen zijn € 2,6 miljoen hoger dan in 2023. Een hoger investeringsvolume afgelopen jaren zorgt voor meer activeringen waarop afgeschreven wordt. In 2023 is een nieuw zuiveringsstation in Nieuw Lekkerland en in 2024 een nieuw zuiveringsstation in Kamerik in gebruik genomen. Deze 2 projecten bij elkaar zorgen in 2024 voor een extra afschrijvingslast van € 0,7 miljoen. Daarnaast heeft in 2024 een versnelde afschrijving ad € 0,7 miljoen plaatsgevonden i.v.m. buitengebruikstelling van het oude zuiveringsstation op de locatie Kamerik.

Rentelasten

In 2024 zijn twee leningen van in totaal € 23 miljoen aangetrokken. De eerste van € 15 miljoen met een looptijd van 20 jaar, tegen een rente van 3,504% per jaar. De tweede van € 8 miljoen met een looptijd van 12 jaar, tegen een rente van 3,16% per jaar. Deze bedragen zijn aangetrokken om het financieringstekort op te vangen. Het gemiddelde rentepercentage op langlopende leningen is 2,4% (2023: 2,3%).

Vennootschapsbelasting

Per 1 januari 2016 is Oasen belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting. Alle niet wettelijke (commerciële) drinkwateractiviteiten zijn belastingplichtig. Door een gewijzigde interpretatie van niet wettelijke activiteiten verwacht Oasen over 2024 een hoger belastbaar bedrag dan in voorgaande jaren aan te geven. Vanuit voorgaande jaren zijn er verrekenbare verliezen waardoor het te betalen bedrag aan vennootschapsbelasting beperkt is.

Resultaat

In 2024 is een WACC gerealiseerd van 3,4%. Dit is hoger dan het wettelijke maximum van 2,95%. Dit betekent dat ter compensatie, de maximale WACC ruimte voor Oasen in 2026 lager is dan het wettelijke maximum.

Financiële instrumenten

Onder financiële instrumenten worden zowel primaire financiële instrumenten zoals vorderingen en schulden, als financiële derivaten verstaan. Het gebruik van derivaten is uitsluitend toegestaan om renterisico’s te beperken en is gebonden aan een aantal randvoorwaarden. Deze voorwaarden staan beschreven in het treasurystatuut van Oasen. Oasen maakt op dit moment geen gebruik van derivaten.

Kredietrisico

Oasen loopt geen significante kredietrisico's. Verkoop vindt plaats aan reguliere particulieren en aan zakelijke afnemers die voldoen aan de kredietwaardigheidstoets van Oasen. Verkoop vindt plaats op basis van krediettermijnen tussen de 30 en 60 dagen. Voor grote leveringen kan een afwijkende krediettermijn van toepassing zijn. In dat geval worden aanvullende zekerheden gevraagd, waaronder garantiestellingen.

Liquiditeitsrisico

Oasen maakt gebruik van meerdere banken om over meerdere kredietfaciliteiten te kunnen beschikken. Als het noodzakelijk is dan worden nadere zekerheden verstrekt aan de kredietinstellingen.

Valutarisico

Oasen loopt geen valutarisico, de werkzaamheden vinden vrijwel allemaal plaats binnen Nederland.

Marktrisico

Oasen loopt geen risico ten aanzien van de waardering van aandelen, opgenomen onder financiële vaste activa.

Rente- en kasstroomrisico

Oasen loopt renterisico over de rentedragende vorderingen (met name onder de liquide middelen) en rentedragende langlopende en kortlopende schulden (waaronder schulden aan kredietinstellingen). Wat betreft de vorderingen en schulden worden geen financiële derivaten voor het renterisico gecontracteerd.

Financiële ontwikkelingen in 2025

Investeringen

Oasen heeft een meerjaren investeringsplan waarin de komende 5 jaren gemiddeld € 60 miljoen per jaar wordt geïnvesteerd.

Tariefontwikkeling

Het consumentendrinkwatertarief (kuubprijs) is met € 0,005 cent per m³ (exclusief belastingen) gestegen. Het vastrecht is met € 19,45 gestegen ten opzichte van 2024. Meer informatie over de tarieven is te vinden op de website van Oasen.

Financiering

In 2025 zal naar verwachting tussen de € 27 en € 30 miljoen aan nieuwe leningen worden aangetrokken. Hiervan is € 13 miljoen ter herfinanciering van aflossingen. Gedurende het jaar worden eventuele kortlopende liquiditeitstekorten opgevangen met kortlopend geld (kasgeld).

Personeelsbezetting

Het gemiddeld aantal fte’s opgenomen in de formatie voor 2025 is 302,3 fte.

Gebeurtenissen na balansdatum

Er zijn geen gebeurtenissen na balansdatum geweest die nadere informatie geven over de feitelijke situatie per balansdatum.

Risico’s en onzekerheden

Onroerend goed
Op dit moment is er een planning van aankoop van onroerend goed in 2025. Hierbij is sprake van een grote mate van onzekerheid. De nog te verwachte aankopen worden geraamd op € 1 miljoen en de verwachte verkopen op € 0,3 miljoen.

Pensioenpremies
Per 1 januari 2025 zijn de werkgeverpremies hetzelfde gebleven als in 2024.

Belastingen
Per 1 januari 2016 is Oasen belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting, alle niet wettelijke (commerciële) drinkwateractiviteiten zijn belastingplichtig. Over 2025 wordt een iets hoger bedrag te betalen verwacht dan in 2024.

 

Gouda, 24 april 2025

Mr. drs. A. Driesprong
Directeur-bestuurder